Door op 12 januari 2015

Verslag discussieavond “Werk, werk, werk in Europa”, georganiseerd door de Landelijke Werkgroep Europa, Donderdag 4 december 2014 in Zalencentrum Vredenburg, Utrecht

 

 

 

 

 

Alfred Kleinknecht (econoom, professor emeritus) opende de avond door te stellen dat hij zich grote zorgen maakt over werkgelegenheid in Europa en de houdbaarheid van het symbool van de Europese eenwording: de euro.
Verder gaf hij aan dat de aanhoudend hoge werkeloosheid en de hiermee gepaarde felle concurrentie voor banen onderlinge solidariteit en daarmee het draagvlak onder het Europese sociale model onder druk zet. Kleinkecht’s oplossing voor dit probleem? Overheidsinvesteringen in Nederland en met name Duitsland, door de Europese vakbonden gecoördineerde looneisen voor lagere lonen in het Zuiden en hogere in het Noorden van Europa en drastische stappen richting arbeidstijdverkorting tot 30 uur, met behoud van loon.

Agnes Jongerius, vice-voorzitter van de commissie Sociale Zaken en werkgelegenheid van het Europees Parlement, reageerde op Kleinknecht door te stellen dat: “er soms momenten zijn dat ik niet snap dat er geen revolutie is uitgebroken in Spanje”. Dit met het oog op de aanhoudend hoge jeugdwerkloosheid in het land (deze schommelt tussen de 40-50% red). Verder gaf Jongerius aan te hopen dat er met het aantreden van de Juncker-Commissie een draai richting een beleid van investeringen naast hervormingen is ingezet. Daarbij stelde ze dat het Junckerplan en de milde beoordelingen van de Italiaanse, Franse en Belgische begrotingen indicaties zijn dat het Europese begrotingsbeleid flexibeler wordt. Op het punt van arbeidstijdverkorting gaf Jongerius aan niet in te zien hoe dit collectief georganiseerd kan worden gezien de complexiteit van de Nederlandse arbeidsmarkt en de diversiteit- van de arbeidspatronen.

Kleinknecht stelde vervolgens dat wat hem betreft het Junckerplan weliswaar een stap in de goede richting is, maar niet voldoende is om de Europese economie aan de praat te krijgen. Daarnaast betekent volgens Kleinknecht hogere economische groei niet automatisch meer werkgelegenheid, tenzij we in Europa toegaan naar Amerikaanse toestand, waar banen zijn zoals ‘groter’ bij de Wallmarkt, voor lonen waar je niet van kunt leven. Volgens Kleinknecht moeten we in Europa overheidsuitgaven zoals investeringen in nieuwe technologieën en wegen monetair gefinancierd worden, dat wil zeggen door nieuw geld te scheppen. Zijn voorstel: een werkloosheidsnorm naast de huidige vorm van inflatie rond de 2% en afspraken dat landen boven die norm van bijvoorbeeld 8%  of 10% staatsobligatie mogen uitgeven die de Europese Centrale Bank opkoopt tegen een rente van 0%. Een voorbeeld van een project dat uitermate geschikt is om op deze manier te financieren is het creëren van één Europese energienet.

Hierna was het tijd voor reacties uit de zaal, er volgenden verschillende vragen en voorstellen over onderwerpen als het basisinkomen, het TTIP  (Kleinknecht: “Dit levert beide partijen efficiency winst op, maar verlies van banen”) en het opzetten van een Europese kapitaaldienst. Verder waren er vragen over een omvangrijker Europees investeringspakket, de politieke verhoudingen in Europa en de verhoudingen binnen de PvdA over het thema monetaire financiering. Op dit laatste punt gaf Jongerius aan dat interne discussie nodig is over de vraag hoe we Europese economie weer aan de praat krijgen mét banencreatie, maar dat iedereen roept dat er iets gedaan moet worden om deze in beweging te krijgen. Jongerius refereerde bovendien aan het feit dat een werkloosheidsnorm van 5% is opgenomen in een verkiezingsprogramma van de PvdA bij de afgelopen Europese verkiezingen. Ze wil de discussie van de Commissie Melkert op het januari Congres gebruiken om die 5%-norm concreet in te vullen. Verder gaf Jongerius aan zich geen zorgen te maken over het rechtse meerderheid in het Europees Parlement, “Er is geen meerderheid mogelijk zonder de Europese Volkspartij (de stroming waar het CDA deel van uitmaakt) én de Sociaal Democratische Partij (waar de PvdA deel van uitmaakt).

Werk bijeenkomst 4-12-2014