Door op 10 januari 2016

“Le France est en guerre”: de oorlogstoespraak van François Hollande, Ruud Koole

 

 

 

 

 

 

Ontzetting, verdriet en vooral woede waren na Parijs de overheersende emoties. Toch moeten politici juist nu het hoofd koel houden. Want als de ‘war on terror’ na 9/11 iets heeft bewezen, is het dat overhaast en ondoordacht militair ingrijpen zeer onverstandig is. De eerste reactie van Hollande stemt tot waakzaamheid. 

Na de vreselijke terreuraanslagen in Parijs in november dit jaar (2015) richtte de Franse president Hollande zich tot de buitengewone parlementaire vergadering: De Verenigde Vergadering van de Nationale Assemblee en de Senaat. Dit Congrés kwam drie dagen na de aanslagen in Versailles bijeen. Dat was heel bijzonder. De logistiek alleen al: de organisatie in korte tijd van de verplaatsing van alle parlementariërs van Parijs naar Versailles onder zeer zware veiligheidseisen vergde het uiterste van de ondersteunende diensten van het parlement en het Élysée. Bijzonder was ook het feit dat die parlementariërs daar bijeenkwamen om naar de toespraak van de president te luisteren en over die toespraak vervolgens de discussie aan te gaan, maar dat laatste in afwezigheid van de president. De symboliek van Hollande’s toespraak was kennelijk belangrijker dan het debat.
Het bijeenroepen van een dergelijke vergadering is sinds 1848 nog maar twee keer voorgekomen. Dat kwam omdat er lange tijd geen grondwettelijke grondslag voor was; alleen voor het verkiezen van de Franse president in de derde en vierde Franse Republiek kwamen beide huizen van het Franse parlement bijeen. Sinds 2008 is die mogelijkheid er wel door een wijziging van de grondwet van de Vijfde Republiek (1958). Nicolas Sarkozy maakte er in 2009 gebruik van om tegen het chique decor van het kasteel van Versailles zijn sociale en economische plannen bekend te maken. En nu dus Hollande. Het is heel begrijpelijk dat Hollande alles uit de kast haalde om onder die omstandigheden het volk plechtig te tonen dat president en volksvertegenwoordigers één zijn in de afkeuring van deze misdadige handelingen. Het ging erom in deze benarde tijden de eenheid van de Franse natie uit te stralen.
Maar er was meer dan symboliek. De toespraak bevat een aantal elementen die nadere aandacht verdienen. Acties van politieke leiders in tijden van politieke crisis zijn interessant om te analyseren, omdat die leiders vaak de gelegenheid om visies te ontvouwen en maatregelen voor te stellen waarvoor in rustiger tijden weinig ruimte of belangstelling is. Een crisis biedt kansen. En hoewel er geen twijfel over bestaat dat Hollande ook zeer begaan was met de slachtoffers, toont zijn toespraak in Versailles dat hij tegelijk op andere punten het ijzer wilde smeden toen het heet was. Hij vraagt ons om hem te volgen. Maar moeten we dat voetstoots doen? Laten we kijken naar drie punten: de Franse waarden, de verandering van de Franse grondwet en het Franse leiderschap.

Franse waarden

Hollande had de terroristische aanslagen in zijn eerste reactie direct een “Oorlogsdaad” genoemd, die gericht was “Tegen de waarden die wij overal ter wereld verdedigen; tegen de waarden die wij overal ter wereld verdedigen; tegen wat wij zijn: een vrij land dat zich richt tot de gehele planeet”. En in zijn toespraak enkele dagen later in het Congrés te Versailles verduidelijkte hij nog eens dat die oorlogsdaad gericht is tegen “Ons” land, tegen zijn waarden, tegen zijn jeugd, tegen zijn manier van leven”. Frankrijk is immers een land van vrijheid, “want wij zijn de bakermat van de Rechten van de Mens”.
Velen vielen hem bij. De Amerikaanse president Obama sprak in zijn reactie met een sterk Amerikaans accent de woorden uit van de Franse Revolutie:”Liberté, égaillité, fraternité”. De Britse premier Cameron zei dat de alles willen vernietigen waar Groot-Brittannië en Frankrijk voor staan: “Your values are our values”, voegde hij eraan toe. Premier Rutte bleef niet achter: “We delen onze waarden en we delen onze beschaving. Nederland staat dus pal naast Frankrijk, in de bescherming en verdediging van alles wat ons lief is: onze veiligheid en vrijheid voorop”.
Door zijn speech wilde Hollande tevens de leidinggevende rol bevestigen die zijn land in zijn ogen vanaf de Franse Revolutie heeft gespeeld in het publieke en intellectuele debat in de wereld. “La France is nog steeds een licht voor de mensheid. En wanneer zij wordt geraakt, is het de wereld die zich in het schemerduister bevindt”, aldus Hollande.
Het is de vraag of de waarden van de Franse Republiek, waarin “laicté” centraal staat, door andere Westerse landen wel zo worden omarmd als nu werd gezegd. De zin “May God bless the United States of America”, waarmee elke Amerikaanse president een speech beëindigt, duidt daar niet op. En in Nederland waar de eerste politieke partij die een groot stempel heeft gedrukt op de Nederlandse politieke cultuur zich de Anti-Revolutionaire Partij noemde, gericht tegen de ideeën van de Franse Revolutie, zou een dergelijke omarming verbazen. Niet voor niets ontbreekt in Nederlandse Grondwet een preambule met gedeelde waarden De Staatscommissie die in 2010 advies over de Grondwet uitbracht, raadde juist af een preambule op te stellen, omdat in Nederland over gedeelde waarden toch geen overeenstemming zou zijn te bereiken. Dan is het op z’n minst opvallend om zoals onder anderen premier Rutte deed, zonder meer van gedeelde waarden met Frankrijk te spreken.
Belangrijk is echter dat al deze reacties op de terroristische aanslagen wrang genoeg wonderwel correspondeerden met de bedoelingen van IS, door Hollande consequent Daesh genoemd. In een persverklaring spreekt IS – anders één van de terroristen in het theater Bataclan – niet van vergeldingsacties vanwege de bombardementen door onder andere Frankrijk op IS in Syrië en Irak, maar plaatst zij de aanslagen geheel in de religieuze strijd tegen een verderfelijke Westerse cultuur. Parijs wordt de hoofdstad van ‘perversiteit’ genoemd.
Daardoor geven de reacties op de aanslagen die spreken van een aanval op “onze waarden” zo’n ongemakkelijk gevoel. Want dat is precies waar IS op uit te zijn. Zeker, Hollande zei in zijn Congrés-toespraak dat Frankrijk niet in een ‘beschavingsoorlog’ is gestapt, omdat “Die moordenaars geen enkele beschaving bezitten”. Maar toch wringt hier iets. De grote nadruk op ‘onze waarden’ die het doelwit van de aanslagen zouden zijn, speelt IS, die juist het beeld van een cultuurstrijd wil oproepen, in de kaart. Cultuurstrijd mobiliseert nu eenmaal beter dan het ombrengen van onschuldige burgers.
Ook in de toespraak van Hollande is die spanning voelbaar. Enerzijds ziet hij de aanslagen als een aanval op de waarden van de Franse Republiek, anderzijds plaatst hij die aanslagen in een reeks van IS-terreur in Denemarken, Turkije, Egypte, Libanon, Koeweit, Saoedi-Arabië en Libië. Men kan bijvoorbeeld Saoedi-Arabië toch moeilijk zien als een land dat dezelfde “waarden” koestert als Frankrijk.
Daarom en om andere redenen was het beter geweest om in reactie op de verschrikkelijke aanslagen in Parijs verwijzingen “onze waarden” achterwege te laten, en die aanslagen krachtig te veroordelen om wat ze zijn: terroristische daden, gericht tegen onschuldige mensen en bedoeld om angst te zaaien.

Constitutionele veranderingen

Aan het Congrés stelde Hollande voor de Franse Grondwet te veranderen. Die is volgens hem niet toegesneden op een situatie van terroristische aanslagen, zoals die zojuist hadden plaatsgevonden. De Grondwet moet daarom worden aangepast, zodat de overheid – binnen de grenzen van de rechtsstaat – effectief kan optreden tegen dit “oorlogsterrorisme”, aldus Hollande. Op dit moment bestaan er volgens de Franse Grondwet in feite slechts twee mogelijkheden om bijzondere bevoegdheden aan de overheid (de president) toe te kennen: de ene slaat op een situatie waarin de president bijzondere maatregelen neemt omdat het reguliere functioneren van de overheid door omstandigheden is onderbroken. De andere betreft de staat van beleg. Beide zijn zo in ingrijpend dat je daar niet zomaar toe wilt overgaan. “Wij zijn echter wel in oorlog”, stelt Hollande, ‘en dit nieuwe type oorlog met een nieuwe tegenstander vraagt om een constitutioneel regiem dat ons in staat stelt te handelen in een situatie van een crisis”. Hollande wil dus buitengewone maatregelen kunnen nemen zonder een beroep te hoeven doen op de staat van beleg.
Natuurlijk zal een Grondwet op gezette tijden moeten worden aangepast aan veranderende omstandigheden. Maar bij het nemen van bijzondere omstandigheden is grote prudentie vereist. Die moeten nu juist niet zomaar genomen kunnen worden. Het is te hopen dat de voorgenomen Grondwetswijziging niet leidt tot een normalisatie van een uitzonderingssituatie, want iedereen is het erover eens dat de mogelijkheid van terroristische aanslagen voorlopig niet uit te sluiten is, zoals de recente aanslag in San Bernardino in de Verenigde Staten bewees. Frankrijk zelf kan daar helaas ook over mee praten: na de aanslagen op Charlie Hebdo en de koosjere supermarkt, eveneens in Parijs, en andere aanslagen elders in Frankrijk, volgden er de vreselijkste gebeurtenissen in november. Wanneer die alle aanleiding zouden zijn geweest tot bijzondere maatregelen, hoe lang is dan nog de beperking tot een ‘zekere duur’, waarvoor Hollande spreekt? Welke angst voor het terrorisme dominant in de ordening van onze samenleving? Glijden we niet nog verder af richting een

DOOR VAN EEN OORLOG TE SPREKEN, SPEELT HOLLANDE IS IN DE KAART

Het gebruik van het woord “oorlog”, ook door premier Rutte, stelt wat dit betreft niet gerust. Een paar dagen na de aanslagen publiceerde Le Monde een artikel, waarin de toespraak van Hollande wordt vergeleken met de toespraak van Hollande wordt vergeleken met de toespraak van de Amerikaanse president George W. Bush 9/11 in 2001. De overeenkomsten zijn verbluffend. Waar Hollande, zoals eerder aangegeven spreekt van Frankrijk als bakermat van de Rechten van de Mens, sprak Bush over de Verenigde Staten als het Huis van de Vrijheid. In de toespraak van Bush kwam het woord ‘oorlog’ veertien keer voor, in die van Hollande dertien keer. Bush sprak over de ‘war on terror’, Hollande begon zijn verhaal

DE RESULTATEN VAN DE ‘WAR ON TERROR ZIJN BREDOEVEND

De resultaten van de ‘war on terror’ van Bush zijn bedroevend. De Parijse aanslagen zijn er het zoveelste bewijs van. Tegenwoordig wordt gezegd dat bombarderen alleen onvoldoende is om de strijd tegen IS te winnen. Dat is winst. Maar veel belangrijker is de vraag of men met het gooien van bommen, die altijd ook onschuldige burgers zullen raken, niet juist nieuwe terroristen worden gecreëerd. Terwijl de vluchtelingencrisis nu juist aan de bevolking van Syrië en Irak het morele failliet van IS laat zien omdat de massale vlucht van Moslims naar het naar het verderfelijk geachte Westen moeilijk gezien kan worden als een bewijs van het gelijk van IS, riskeren bombardementen dit “morele voordeel” van het Westen weer teniet te doen. Zonder een strategie gericht op het winnen van hearts and minds van de lokale bevolking in Syrië en Irak, lijkt elke oplossing voor het Jihadistische terrorisme (ook de home-grown) variant ver weg.

Frans leiderschap in Europa

Hollande wilde met zijn toespraak kracht uitstralen. Terecht wil hij nieuwe terroristische aanslagen proberen te voorkomen. De richting die hij kiest roept fundamentele vragen op. Hij deed daarbij een beroep op Europese solidariteit en stofte in zijn toespraak artikel 42.7 van het EU-verdrag af, waarin staat: “Indien een lidstaat op zijn grondgebied gewapenderhand wordt aangevallen, rust op de overige lidstaten de plicht deze lidstaat met alle middelen waarover zij beschikken hulp en bijstand te verlenen”. Wanneer het beroep op dit artikel zou leiden tot bijvoorbeeld betere samenwerking tussen inlichtingendiensten, is dit te verwelkomen. Maar het beroep op dit Europees artikel in plaats van op artikel 5 van het NAVO-verdrag vertelt nog iets meer. Frankrijk lijkt deze crisis te willen gebruiken om binnen Europa leidend te zijn. Op economisch gebied ligt de leiding Duitsland, maar op veiligheidsterrein ligt een kans voor het Franse leiderschap.
Daarvoor moet Europa volgens Hollande overigens ook wat minder steng zijn bij de toepassing van de begrotingsregels, waar Frankrijk al langer naar streeft. Veiligheid willen wij allemaal en veiligheid kost geld, toch? Of zoals Hollande het in Versailles zei: “het veiligheidspact gaat boven het stabiliteitspact”. Het ijzer smeden als het heet is…… De agenda van Hollande’s toespraak in Versailles is duidelijk. De vraag is of wij die voluit moeten willen volgen.

Ruud Koole, Redacteur S&D en hoogleraar politieke wetenschappen Universiteit Leiden

Uit S&D, Jaargang 72, Nummer 6 December 2015